Trektelpost

Verslag 2024

In het jaarverslag van 2023 eindigde ik met 3 wenssoorten voor 2024: Steppenkiekendief, Koereiger en Lepelaar. Zou het gelukt zijn? Je weet het aan het eind van dit verslag.

Op 6 januari 2024 was de eerste telling van het jaar. Bart heeft de stelling dat er elk jaar ongeveer evenveel uren geteld moet worden zodat de jaren met elkaar vergelijkbaar moeten zijn. Vorig jaar moest hij op het laatst nog veel teluren maken om dit doel te bereiken. Wellicht heeft hij nu gedacht, ik begin op tijd. Hij zag 7 soorten en 18 exemplaren en niets bijzonders. Dat vond hij blijkbaar zelf ook en pas op 10 februari stond hij er voor de tweede keer. Al een stuk leuker, 20 soorten en 458 exemplaren. Twee Grote Zaagbekken is de leukste waarneming, verder komt weinig over de telpost. De eerste 16 Kraanvogels vlogen deze maand ook over.

In maart begint het leuk te worden. De voorjaartrek begint eindelijk op gang te komen. Bovendien komt ons verloren jongste schaap, Floris Kouters, terug op de telpost. Hij woont weer in de regio en zijn jonge ogen (en branie) leveren altijd leuke soorten op.

Maar goed, op 2 maart meldt Bart op de app dat er Kraanvogels over trekken. Ik sprint ook richting telpost en in een twee uurtjes zien ze 1695 Kraanvogels overvliegen bij een lekker temperatuurtje en bij mooie luchten. Deze maand wordt er veel geteld maar nog geen noemenswaardige dingen gezien.

Op 17 maart gaan er 5395 Kolganzen over en wordt de eerste Boerenzwaluw gezien. De Flamingo’s zijn helemaal nieuw voor de telpost en vliegen begin april over. Het is een vermakelijk voorjaar met allerlei leuke soorten.

Op 30 april wordt het eerste dagrecord verbroken, namelijk 6 Knobbelzwanen. Op 4 mei staart Bart een uur lang naar een zandbult te staren wat even later een Velduil blijkt te zijn. De eerste Velduil ooit voor de post. Bart in jubelstemming, dat snap je wel. Die dag had hij ook de vierde Rietzanger ooit en de eerste Wielewaal en Boomvalk voor het jaar 2024. Op 11 mei ging het dagrecord Koekoek eraan, namelijk 3 exemplaren. De allereerste Grauwe klauwier voor de telpost wordt gemeld op 18 mei. Ook vliegen de eerste Wespendieven over. Op dat moment weten we nog niet dat deze soort in augustus voor spektakel zal gaan zorgen.

Zoals al eerder vermeld in een eerder verslag was de laatste week van augustus en de eerste week van september top. Door wisselende bezetting werd er soms tweemaal per dag geteld. We hebben een tweetal avondtellingen gedaan om Purperreigers te zien, maar dat is helaas niet gelukt. Laat in de avondschemering vloog een groepje van 6 onzekere purperreigers over. Helaas was het te donker om nog enig contrast te zien, en ook de genomen foto gaven na wat bewerking geen uitsluitsel. In 2025 gaan we zeker weer een poging doen om deze soort goed op te pikken maar dan wel met wind uit het Westen in plaats van noorden of oosten. Voor de purperreigers was de oostenwind dus ongunstig voor de wespendief was dit juist het tegenovergesteld. De oostenwind zorgde voor een grote aanvoer van wespendieven die door slecht weer in Scandinavië gestuwd waren. Met een grote aanvoer van Wespendieven geheel Zuidoost Nederland als gevolg. Daarnaast was er een influx aan Roodpootvalken wat voor de nodige sensatie zorgde. Helaas bleven ze allemaal op enige afstand vliegen waardoor een mooie foto er niet inzat. Met deze wind kwamen er ook andere roofvogels over en de dagrecords van Bruine Kiekendief (12) en Visarend (3) gingen eraan. Een Geelpootmeeuw konden we deze dagen aan voor het eerst aan ons tellijstje toevoegen net als een Lepelaar (een wenssoort).

Augustus. Begin September bracht ons: 1 Duinpieper, 55 Ooievaars, 1 Lepelaar, 238 Aalscholvers, 59 Grote Zilverreigers, 8 Visarenden, 38 Blauwe Reigers, 235 Wespendieven, 21 Sperwers, 1 Havik, 35 Bruine Kiekendieven, 1 Blauwe Kiekendief, 1 Rode Wouw, 2 Zwarte Wouwen, 3 Roodpootvalken, 6 Boomvalken en 7 Valken die we niet kunnen determineren, 1 Geelpootmeeuw, 1 Koekoek en 27 Buizerds en dan het nodige kleine spul zoals Boompiepers en Gele Kwikstaarten. Ook aan dagvlinders geen gebrek en de Dagpauwogen vlogen ons om de oren.

Na dit spektakel viel het een beetje stil maar we waren natuurlijk ook erg verwend met alle aantallen en soorten. Pas in de laatste dagen van September zien we weer mooie dingen, zoals drie Pontische Meeuwen, een Vuurgoudhaan en een dagrecord van 1844 Graspiepers. De trek van zangvogels lijkt te beginnen. Vanaf oktober worden de zangvogels vergezeld door de ganzen en is de najaarstrek losgebarsten. Op 4 oktober gaan de eerste Toendrarietganzen en Kolganzen over. Ook wordt er een Zwarte Wouw genoteerd en een Ringmus. Deze soort is de laatste jaren helaas totaal ingestort en geld tegenwoordig als een zeldzaamheid wanneer deze overvliegt.

De EuroBirdwatch is niet echt top en dat is wel jammer. De lucht was strakblauw en de wind kwam vanuit het noordoosten waardoor de vogels hoog over gaan en je in deze soep lucht nauwelijks vogels kan zien.

We krijgen er een nieuwe tellers bij namelijk Wim Saaltink en Thijmen Boswinkel. Wim heeft tegenwoordig meer vrije tijd en wordt een vaste teller en Thijmen, ons jongste telg, heeft na enkele jaren afwezigheid het trektellen weer wat fanatieke opgepakt. Mede door deze nieuwe tellers wordt er in oktober heel veel en lang geteld en maakt Bart zich geen zorgen meer of de teluren gehaald worden.

11 oktober is, ondanks dat we geen goede verwachtingen hadden, opeens wel weer een goede dag, met onder andere 7178 Vinken, 2343 Koperwieken en 5 Beflijsters en ook de dag erna vliegt het lekker door. 7428 Kolganzen vliegen op 15 oktober over en ook 7 Pijlstaarten. Op 16 oktober heeft Wim een Bergeend te pakken. Deze maand verder de volgende bijzonderheden over; een Zeearend, Kleine barmsijs, Waterpieper, Casarca 21 stuks, een nieuw dagrecord), 26 Appelvinken (dagrecord), Kruisbek en Kraanvogels. Een Siberische boompieper, een echte rammer in het binnenland, vliegt toch enigszins onverwacht luid roepend over en is daarmee een nieuwe soort voor de telpost.

Op zaterdag 2 november trekken er enorm veel Houtduiven (55334 exemplaren over) en dit haalt zelfs de Tubantia. Mensen buiten de telpost vragen zich wel eens af hoe we de grote groepen houtduiven kunnen tellen. Veelal betreft dit een schatting. De aantallen in een groep zijn vaak te groot om ze te een voor een te tellen. Afpassen is hierbij een geschikte methode. Je telt eerst 10 stuks uit een groep. Vervolgens tel je 5 keer 10 stuks tot je een aardige schatting hebt van de groepsgrote van 50. Daarna tel je 5 keer 50 stuks etc. Gedurende de dag wordt er vaak meermaals onderling gecheckt of de aantallen tussen de tellers overeenkomen. Daarna maken we soms foto’s en dan worden de duiven nageteld. Hieruit blijkt dat we voornamelijk de grote aantallen (2500+ stuks) ondertellen.

De voorspelingen op de landelijk trektelapp was betreft de Kraanvogels weer hoog gespannen maar helaas viel het wat tegen. We zagen er 259 langskomen. Ook de Kolganzen doen het deze dag goed. Op zondag staan we er dan weer omdat het goed vliegt. Dezelfde soorten zijn dan wederom goed vertegenwoordigt, maar ook behalen we een nieuw dagrecord Krakeenden, namelijk 28. Met de Kolganzen kunnen leuke soorten meevliegen, bijvoorbeeld Kleine Rietgans of Dwerggans. Deze zijn in het veld vaak lastig om 100% te determineren. Daarom worden interessante groepjes of individuen zoveel mogelijk op de foto gezet. Veelal staat er dan toch een “gewone” soort op. Bij het bekijken van de foto’s van 3 november op groot scherm blijkt er echter toch een verassing op de foto’s te staan. Een rotgans vloog mee met de kollen naar het zuiden. Dit was de eerste ooit voor de telpost. Drie kwartier later werd deze vogel 35 km opgemerkt boven de trektelpost in Netterden. De vogel is dus met een gemiddelde van 50k/u strak naar het zuiden gevlogen.

De bulk lijkt daarna wel voorbij en dan is het wachten op wintersoorten en ja hoor op 15 november vliegen er zes Kleine Zwanen over en een Grote Zaagbek. Eind november vliegt het nog best leuk maar op 1 december is het echt wel gedaan en sluit Willy het jaar af.

Dit jaar waren er opvallend weinig pimpel- en koolmezen, dit in tegenstelling tot vorig jaar toen er extreem veel van deze soort langs gingen. Maar verder was het eigenlijk wel een topjaar als je de getallen zo ziet.

We hebben dus één wenssoort over zien vliegen en stiekem was de Velduil ook een wenssoort.

Jaarverslag Trektelpost 2023

Op 26 februari 2023 stond Bart dit jaar voor het eerst op de telpost en op de velden lag nog een dun laagje sneeuw. In totaal zag hij 14 soorten waarvan de schrijver de Barmsijs het meest interessant vindt.
Vijf keer werd er geteld in maart en 11 maart was een leuke dag met 31 soorten, waaronder 33 Kraanvogels, 4 Rode Wouwen, 3 Kemphanen en 5 Ooievaars. Op 17 maart vlogen er 2 Grote Zaagbekken over en de volgende dag nogmaals twee.
Op 10 april 2023 meldt Bart dat het een bijzondere telling is geweest. Beperkte aantallen, maar leuke soorten. De eerste oeverzwaluwen van dit jaar. De eerste Bergeenden in meer dan 10 jaar. Een Visarend hoog en strak door. Witgatjes in groepje van 3. Slechts 2x eerder waren er 3 of meer Witgatjes in de telling.
Op 30 april had Bart zijn eerste Zeearend van Berkelland in het vizier. Regelmatig werd Bart ondersteund door Tim of Niels Oortwijn.
In mei werd er zes keer geteld. Opvallende soorten van deze maand waren de Pontische Meeuwen, Zwartkopmeeuwen en op een aantal dagen Paapjes. In april is er 10 keer geteld en opmerkelijk deze maand was de Sprinkhaanzanger.
Vervolgens was het zomerstop en op 11 augustus werden de tellingen weer gestart. Er werd deze maand zes keer geteld, zonder krenten in de pap.
Op 3 september zaten er weer eens meer dan een persoon op de telpost. Op de landelijke trektelapp werd al dagenlang gemeld dat er honderden Wespendieven in aantocht waren en daar hoopten we dan ook wat van de zien. Het weer was sowieso geschikt voor rovers.
En dat is deze dag aardig gelukt: Visarend, Buizerds, 3 Wespendieven, Rode Wouw en Sperwers. Ook werd er nog een Matkop en Zwarte specht meegepikt, dat zijn bijzonderheden voor de telpost.
Het gaf de tellers zoveel moed dat ook op de maandag de telpost werd bemand.
8 oktober : De eerste Kolganzen van het jaar. Het record van Aalscholvers werd verpulverd. De Kneu kwam wat aantal betreft in de top 5. De twee Kramsvogels op 9 oktober bleken toch twee Beflijsters op basis van geluid.
14 oktober: Nog een soort waargenomen op basis van geluid. Een IJsgors.
28 oktober: 24 Kruisbekken (N14 voorheen C ) qua aantal in top 5 van deze telpost.
3 november: een Waterpieper. Een soort die we enkele jaren geleden nooit op naam konden brengen. Maar nu is het een dagelijkse gast vanaf november tot ze weer naar de bergen vliegen, de enige soort die naar het noorden trekt .
12 november: Eindelijk lijsters. Hadden tot vandaag de helft van de gebruikelijke aantallen. Top 3 wat aantal Kramsvogels voor deze telpost.
25 november : Een nieuwe soort . Een Kleine Zilverreiger. De reigers deden het dit jaar sowieso goed. Blauwe en Grote Zilverreigers zijn dit jaar meer gezien dan in andere jaren.
Op 2 december stond Bart voor het laatst op de telpost en hij zag twee Goudplevieren, altijd leuk zat daar ter plaatse.
Opvallend heden waren dit jaar de vele Pimpelmezen die op 14 en 16 oktober langs kwamen. We hebben dit jaar 1264 Pimpels geteld . Dat is een jaarrecord maar het dagrecord stamt uit 2019.
Op waarneming zat ik door de lijst te scrollen van zeldzaamheden door de jaren heen. Leuk om te zien is dat de laatste jaren de zeldzaamheden sterk zijn gestegen en meestal ondersteunt worden met bewijsmateriaal. De geluidsrecorders, apps om geluiden direct ter plaatse te kunnen naluisteren en de verbeterde fotoapparatuur levert veel op en natuurlijk het gehoor van Bart heeft ook een grote toegevoegde waarde.
Verder viel op dat de Paapjes, Tapuiten en Ringmussen begin 2000 veel meer voor kwamen De records daarvan dateren uit begin 2000.
De landelijk opmars van de Kiekendieven (Grauwe en Steppen) zien we helaas nog niet terug. Grauwe Kiekendieven zijn begin 2000 wel gemeld maar een zekere Steppenkiekendief hebben we nog nooit gehad.
Verbroken dagrecords voor 2023 : 3 Bergeenden op 10 april, 2 Zomertalingen op 14 april De eersten ooit. Bonte Vliegenvanger op 23 april ook de eerste ooit.
Wenssoorten voor 2024 zijn: Steppenkiekendief, Koereiger en Lepelaar.

Jaarverslag Trektelpost 2022

Januari werd dit jaar overgeslagen. Op 5 februari stond Bart voor het eerst op de telpost. Blijkbaar niet tot tevredenheid want pas eind februari werd er weer geteld omdat de Kraanvogels in aantocht waren. Er werden die dagen en in de dagen erna veel Kraanvogels gezien maar ze kwamen niet in grote getale over de telpost. Wel werd de Rode Wouw regelmatig gezien en deze werd zelfs niet meer als bijzonder ingevoerd. Dat hebben we geweten want de vogel liet zich gelijk niet meer zien.

Maart was echt bijzonder. Op verschillende dagen kwamen er veel Vinken langs vliegen. Dat is nooit zo in het voorjaar. Het leek op een najaarstrek. Dit was waarschijnlijk te wijten aan het feit dat de wind bijna twee weken lang uit het Oosten kwam. Op 22 maart werd een warmterecord verbroken. De temperatuur kwam boven de 21 graden uit. Helemaal top was de Kolganzentrek op 18 maart. Bart begon die ochtend om half acht te tellen en hij heeft dan waarschijnlijk al honderden Kollen gemist. Marina kwam even een half uurtje langs voordat ze naar een afspraak moest. Omdat het zo fantastisch vloog heeft ze de afspraak verzet en kon ze in totaal een uur helpen met tellen. Dat was wel nodig gezien het grote aantal vogels dat overvloog. In totaal kwamen er 18903 Kollen langs.

Op 1 april was het weer geheel anders. Sneeuw , 0 graden en een stevige wind. Eigenlijk een reden om niet te gaan tellen maar er werd toch geteld. Helaas bracht het weinig op. Op 10 april werd er een dagrecord verbroken namelijk dat van de Bruine Kiekendief. Drie exemplaren werden er waargenomen. Op 11 april werden er op Breskens 109 exemplaren geteld. Dit ter vergelijking. Het was daar sowieso een topdag. Kijk maar eens naar deze link van deze telpost: https://www.trektellen.nl/count/view/1/20220411 . We houden de tellingen van andere telposten in de gaten om te kunnen inschatten of het voor ons ook de moeite waard is om te gaan tellen. Zeetrek en landtrek is natuurlijk niet met elkaar te vergelijken, maar als daar bijvoorbeeld de Boerenzwaluwen massaal binnenstromen zou je denken dat je er in binnenland ook iets van moet kunnen terug zien.

Op 16 april waren onze verwachtingen betreffende de roofvogels hoog. Zonnig weer en weinig wind. En het moest toch wel eens een keer gebeuren. Helaas viel het tegen. Een Rode Wouw, een Sperwer en twee Buizerds. Verder twee Zwartkopmeeuwen en een lifer voor de telpost ; een Gekraagde Roodstaart. Een gewone vogel maar nog nooit gezien op de telpost. Dus vet gedrukt op het telformulier. De wind zou de volgende dag wederom naar het Oosten draaien, het bleef mooi weer en dus gaven we de moed nog niet op.

Op 18 april kwamen er gelukkig nog wel twee Zwarte Wouwen en twee Bruine Kiekendieven langs. De dag erna een Visarend en vervolgens weer een Zwarte Wouw .

Op 24 april kwam er een record aantal Kleine Mantelmeeuwen overgevlogen, namelijk 17 stuks

Op 1 mei liep er zomaar een wolf langs de trektelpost. Bart stond nog te trillen op zijn benen toen hij iedereen per app dit heugelijke feit melde. Willy gaf later aan dat hij de wolf een aantal uren daarna in het Needse Achterveld had gezien. Op deze dag vloog er ook een Fuut en twee Slobeenden over. Soorten die niet vaak worden gezien. Het leek wel helemaal een eenden maand, want op 5 mei kwam er ook nog een record aantal Wintertalingen langs , namelijk 9 stuks. Op 13 mei werd er voor het eerst een Noordse Kwikstaart op de telpost gezien en twee dagen later de tweede Wielewaal ooit.

In de zomer is het rustig en word er niet vaak geteld. Pas in augustus beginnen we weer en zowel op 19 augustus als op 28 augustus vlogen er 4 Wespendieven over. In Nederland zijn er volgens Sovon

ongeveer 330 tot 400 broedparen maar er zijn 500 tot 2000 doortrekkers. Ze vliegen vanaf eind juli tot half september weer naar Afrika.

Oktober is altijd een goede maand maar toch viel het dit jaar een beetje tegen. Normaal zijn er echte topdagen bij maar dat was dit nu niet zo . Wel werd er voor het eerst een Kuifmees en een Grote Kruisbek geregistreerd.

Opvallend waren de vele aantallen Groenlingen en Putters. Alle records werden van deze soorten verbroken maar het was lastig tellen. Voor de telpost stonden veel zonnebloemen waar ze op foerageerden. Soms trokken er grote groepen weg en leken nieuwe groepen te arriveren maar soms draaiden ze stiekem boven de Berkel en kwamen ze weer terug. Het waren er in ieder geval wekenlang veel!

In november waren er nog een aantal leuke teldagen waar we ons niet verveelden maar een echte krent kwam er niet meer langs. Ondanks dat er veel Kraanvogelmeldingen waren en er op 12 november op de Karstraat in Limburg 67160 stuks overtrokken bleef bij ons de teller in het najaar op 0 staan, helaas. In het voorjaar waren er nog 124 geteld.

Jaarverslag trektelpost Havelandweg 2021 

In januari stonden de eerste tellers al op de trektelpost. De laatste jaren wordt er steeds meer geteld,  zeker in de voorjaarsperiode. Er werd gehoopt op vorsttrek van de Kleine Zwaan,  Wilde Zwaan en de Kleine Rietgans. Het leverde , op de laatste dag van januari een Zwarte Zwaan op.  De enige Zwarte Zwaan die ooit op onze telpost is gezien. Een eerste dagrecord dus. Op 5 februari, net voor de flinke sneeuwval, werden er meer vogels gezien, maar niet de gehoopte soorten.  Wel leidde deze sneeuw tot andere dingen. Bart kwam namelijk met zijn auto kwam vast te zitten in de sneeuw.  Zo erg dat Floris hem moest los trekken. Zo beleef nog eens wat op de telpost.

Opvallend is dat er vaak een Waterpieper in de buurt van de telpost rondvliegt. Deze wordt soms tijdens iedere telling gehoord of gezien.

In de maand februari is er op 13 dagen geteld. Het was de moeite waard. Op 16 februari werden er 1015 Kraanvogels geteld en ook de eerste Boomleeuwerik werd gemeld. Op  18 februari was het tweede dagrecord een feit; namelijk 18 Wintertalingen. Zoveel waren er nog nooit eerder over de telpost gevlogen.  Op 21 februari werd bijna het dagrecord van de Toendrarietgans verbroken. Het werd een tweede plek , namelijk  275 exemplaren.  Kolganzen trokken vooral op 21 februari goed. Drie dagen later kwamen er bijna 3000 Kraanvogels over, vooral in de avondschemer. Deze Kraanvogels gingen richting het Haaksbergerveen om misschien te overnachten Het derde dagrecord was een feit.  De dagen erna bleven we Kraanvogels zien, maar ook de eerste Goudplevieren waren weer van de partij. Eind februari liet zich nog een tweetal Casarcas zien.

 In maart werd er op tien dagen geteld. De opmerkelijkste waarnemingen waren de Rode Wouw en de Raaf. Op de laatste dag van maart werd de eerste Boerenzwaluw en de eerste Oeverzwaluw gezien.

In April werd elf keer geteld en vooral de eerstelingen van het jaar of van de telpost vallen op, zoals de eerste Gele Kwikstaart, de eerste Visdief van de telpost ooit (dagrecord) , de eerste Wielewaal (dagrecord) en de eerste Koekoek. In mei wordt er nog een aantal keren geteld en wordt er gemeld dat de Grote Karekiet aantal dagen verblijft in de buurt van de telpost.  Dan is het zomer en is het stil tot de laatste dag van augustus.

Bart ter Beek staat dan weer op de telpost voor de start van de najaarstrek.

In september zijn de Zwarte Mees, de Baardman, de Bonte strandloper en de Visarend de opmerkelijkste soorten. Ook de 24 Ooievaars die op 5 september overvliegen (weer een dagrecord), de 18 eksters op 17 september  (dagrecord)  en de 92 Gaaien die op 19 september voorbij vliegen kunnen niet onvermeld blijven.

Zaterdag 2 oktober was de landelijke trekteldag. Veel mensen kwamen kijken. Na de afgelopen twee superjaren jaar was het nu iets minder spectaculair.  De mooiste waarnemingen waren die dag  8 Beflijsters. Deze maand werden er  wederom een aantal  dagrecords verbroken,  namelijk die van de Roek , 78 exemplaren op 8 oktober, die van de Bontbekplevier de  allereerste ooit  over en die van 22 Staartmezen  op 31 oktober.

Er werd regelmatig geteld en steeds dachten we dat we nu echt de laatste Boerenzwaluw zagen, maar steeds schoof het weer een dagje door. Uiteindelijk zagen we op 24 oktober de laatste. Deze dag was sowieso een top teldag. Zowel Kolgans, Havik, Houtduif , Aalscholver en Grote Zilverreigers kwamen in de top 5 binnen van de dagrecords. Verder was de Noordse Goudvink een opmerkelijke waarneming die gelukkig op geluid ingediend kon worden.

Op 5 november konden we dan eindelijk drie Kleine Zwanen verwelkomen. Ze vielen in, foerageerden wat en vlogen vervolgens weer door.

En weer waren er Kraanvogels. Op 21 november kwamen er 64 over en de volgende dag 115 en zelfs op de laatste trekteldag van het jaar op  namelijk 26 december,  werden er nog 10 Kraanvogels gezien door Bart en Lubbert en Riet Baarssen. 

 

Jaarverslag trektelpost 2020

Op 22 februari realiseerde ik mij dat we nog niet op de telpost hadden gestaan en dat ik persoonlijk ook geen enkele drang daartoe voelde. Al weken is er namelijk sprake van een stormachtige wind en regen. De Kraanvogels zijn wel onderweg maar vliegen door de sterke westenwind vooral over Midden Duitsland. Pas op 8 maart trekt Floris de stoute schoenen aan om te gaan tellen . Hij ziet 18 soorten vogels zonder iets opvallends.
Een week later is het eindelijk mooi weer en op trektellen.nl is te zien dat veel telposten voor het eerst worden bezocht. Zeker aan de kust worden deze dag mooie soorten gezien. In het binnenland moeten we het altijd met minder doen maar toch wordt op de Havelandsweg weer een dagrecord gebroken. 14 Kemphanen vliegen rond , gaan even aan de grond zitten om vervolgens door te vliegen. Voor dit soort momenten is het de moeite waard om er te staan.
Daarna wordt de telpost zeer regelmatig bezocht. Steeds met maximaal drie mensen, vanwege het Corona-virus.
Hierbij een rijtje van de krenten in de pap:
4 april. Blauwborst
6 April: Visarend en Goudplevier
7 April: Regenwulp
11 April: niet een maar tien Morinelpleviers vliegen langs en gaan zelfs even zitten in een struik. . Er zijn zowel geluidsopnames als foto’s van deze topwaarneming. Bart en Floris zijn de gelukkigen.
Bart probeert ook een aantal keren in de avonduren tellen. Het valt een beetje tegen maar hij ziet nog wel een Zwartkopmeeuw en de vlinder de Koninginnepage.
Op 27 april horen we een Hop. Deze Hop was de dag te voren gezien in de tuin van Roland Wantia. Hij zat bij een nestkast , sleepte met veertjes en liet naast het hoop hoep geluid nog een soort Gaai achtig geluid horen. Op de telpost speculeren we nog wel eens wat we graag willen zien en ook deze soort werd besproken. Opeens zegt Bart aan dat hij een Hop hoort. En inderdaad, Floris en ik horen het ook. Het geluid komt van over de Berkel. Wij analyseren het geluid:

is het echt niet iets mechanisch , is er nog iets of iemand anders die dit geluid kan maken, totdat we de mogelijkheden hebben uitgesloten en tot de conclusie zijn gekomen dat het echt zo is. We hebben gelukkig ook een geluidsopname voor het bewijs.
Kraanvogels komen er ook langs, vaak in tweetallen. Het is niet duidelijk of het de broedende vogels uit de omgeving of toch doortrekkers zijn.
Eind augustus/ begin September wordt er een aantal dagen achter elkaar een Visarend gezien. We staan vanaf dit moment veel op de telpost. Het hebben van de geluidsrecorders en een goed fototoestel maakt het leuker. We kunnen nu vaak bewijzen dat er iets bijzonders over vliegt in tegenstelling tot vroeger. Het werkt aanstekelijk , des te meer bijzonderheden, des te vaker we er staan.
Een aantal bijzonderheden zijn: Poelruiter, Zwarte Ruiter, Duinpieper, Rosse grutto’s , Roodpootvalk,
Roodkeelpieper, Europese Kanarie
Op 2 oktober zien de eerste Grote Zaagbek. Heel vroeg in het najaar.
Op 12 oktober beginnen de Kolganzen te vliegen . Dagenlang en nachtenlang. Op de telpost worden er meer dan 40.000 exemplaren geteld. Het is de start van een topweek. De wind komt uit het Noordoosten, er ligt een front in Duitsland die de vogels lijken te vermijden en het is fantastisch. Die week vliegen er bijna 20.000 Koperwieken langs, duizenden Vinken , maar de topper is de Buizerdtrek. Langs de telpost komen in in drie dagen 3009 Buizerd voorbij . Op een dag zien we 1106 exemplaren met het besef dat we waarschijnlijk die dag twee goede trekuren hebben gemist. Oelemars, een telpost net iets ten noord oosten van ons verbreekt het landelijk record van de dag ervoor, namelijk 1793 Buizerds. Onze post is redelijk goed qua soorten en aantallen met deze telpost te vergelijken.
Bedenk dat ons vorige Buizerd record op 320 exemplaren stond , we waren toen al lyrisch en dachten dat het nooit beter zou worden. En nu dit.
En dan vergeet ik de Rode Wouwen die meevlogen en de Zeearend die drie dagen achter elkaar is gezien. We waren na deze week moe van het kijken. Het was geen klein Falsterbo maar gewoon Falsterbo.
Maar ook na deze prachtige week valt er nog van alles te beleven. Er vliegen weer honderden Vinken en Houtduiven over maar ook wel weer bijzonderheden zoals een Europese kanarie, een Zilverplevier, een Ijsgors en Waterpiepers.
En hoe ging het dit jaar met de Spreeuwen. Er vlogen weer vele duizenden langs. Is het slaapplaatstrek, jazeker. Maar hoeveel dagen slapen ze op de slaapplaats? Na twee weken vele duizenden Spreeuwen te hebben gezien zijn ze op een dag weg , op weg naar het Zuiden.
En de Kraanvogels , er komen een aantal overvliegen maar de meesten gaan net over Munster. Jammer.
We hebben dit jaar heel veel teluren gemaakt en hebben 90 dagen op de telpost gestaan, zelfs in december.

Jaarverslag Trektelpost Havelandsweg 2019

We hebben in 2019 weer meer uren op de trektelpost gestaan en meer soorten gezien dan ooit. Toch voelde het niet als een heel goed jaar. Ondanks een aantal topdagen, waren er nog meer dagen dat het niet zo goed trok. Of we zijn intussen te verwend, dat kan natuurlijk ook. Ik had niet verwacht dat we het record jaar qua soorten van vorig jaar zouden verbeteren, maar dat is wel gelukt!.

We zijn dit jaar fanatiek begonnen en stonden op 18 Februari voor de eerste waarnemingen op de trektelpost. We konden gelijk de Goudplevieren noteren als bijzondere waarneming. De eerste dag 2 stuks en een week later 38 stuks. Het weer was lentewarm en de temperaturen liepen op tot rond de 19 graden Celsius.

De Kraanvogels besloten medio februari richting het Noorden te gaan en dat wilden wij natuurlijk niet missen. Helaas was de wind niet erg oostelijk. Een oostelijk wind is namelijk gunstig voor kraanvogel waarnemingen in Nederland, maar toch hebben we een aantal groepen Kraanvogels kunnen meepikken. Het voordeel van vroeg in het jaar op de trektelpost staan is dat je de eerste Kievit, Wulp en Roodborsttapuit meekrijgt. De eerste Scholeksters ooit geteld op de trektelpost vlogen op 6 maart over, net als de eerste Zwartkopmeeuwen eind maart. Ook de Raven waren een cadeautje.

Verder zijn er in het voorjaar soorten waargenomen die we in het najaar niet of nauwelijks zien, zoals de Grote zaagbek en Grote Canadese ganzen.

In september kwamen via de Nederlandse trektelapp de eerste berichten binnen van goede Gaaientrek. Op 16 September zagen we de eerste Gaaien (66 stuks) westwaarts trekken. We waren al erg tevreden met dit aantal. Op 20 september zagen we in 2,5 uur tijd 204 stuks. In Ruurlo telde Ad in een uur 72 stuks. Die dag werd het Nederlandse record in Doesburg verbroken met 1844 stuks. De volgende dag werd het record in Amersfoort opnieuw gebroken en op 22 september telden ze bij Rhenen zelfs 2063 stuks.

De vogeltrek was in september overigens niet erg goed vergeleken met voorgaande jaren. Er waren niet veel soorten en de groepen waren erg beperkt, lees klein in aantal. De berichten uit Falsterbo, een belangrijke migratieroute vanuit Zuid Zweden voor onze trektelpost, waren in september matig. Het weer en windrichting waren daar niet optimaal voor een goede trek en de aantallen laag.

In oktober daarentegen werden veel records verbroken. Opvallend was dat er een paar topdagen waren maar dat het op de andere dagen zeer, nog positief gezegd, matig vloog. Daarnaast vlogen de vogels op een aantal goede dagen erg hoog, waardoor je beter liggend de waarnemingen kon doen en het noodzakelijk was dat je goede ogen had.

Het begon op 3 oktober met een recordaantal Zanglijsters, gevolgd door de Euro Bird Watching Day van 5 Oktober. Die dag was het prachtig weer maar het vloog hoog. Veel mensen kwamen een kijkje kijken, maar net als in 2018 zagen de mensen pas in de middag grote aantallen roofvogels over komen. Het record van 2018 werd verbroken, nl. 344 Buizerds, 25 Sperwers en 4 Haviken!!. Wel allemaal ver weg.

Ook 13 en 15 oktober waren topdagen. Op 13 oktober heeft een deel van onze vaste tellers van deze dag kunnen genieten. De vinkentrek zat er goed in. De aantallen die langs kwamen waren ongekend voor de Havelandweg. Doordat de Vinken in kleine groepjes langs alle kanten van de telpost vlogen was het lastig tellen. De 5 aanwezig tellers waren echter een geoliede machine en al snel namen 2 tellers de buitenkanten op zich, 2 tellers de Vinken die dichterbij vlogen en de invoerder genoot van

alles wat er over vloog wanneer daar tijd voor was. De aantallen namen rond de middag af en toen er besloten werd om te stoppen stond het aantal vinken op ruim 20 000, een ruime verdubbeling van het vorige record.

Helaas stond Floris op 15 oktober alleen op de trektelpost. Er kwamen die dag erg veel soorten lijsters langs en alle dag records voor deze soorten werden verbroken!!. De dagen erna bleven de lijsterachtigen overtrekken, maar helaas was onze trektelpost niet bemand.

29 oktober was ook een lekkere dag met 6344 Kolganzen en 170.125 Spreeuwen.

Cees ontdekte dat de Spreeuwen zich verzamelen in Het Lankheet. We zijn een aantal keren in de ochtend en avond geweest om te kijken hoe ze zich verzamelen en weer uitvlogen. Soms stonden er mensen op de trektelpost die konden bevestigen of ze de uitgevlogen spreeuwen konden zien. Soms kwam het overeen en soms kwam er ook geen enkele Spreeuw over. Het blijft hierdoor onduidelijk hoeveel Spreeuwen er nu per dag doorvliegen en hoeveel er gaan foerageren in de omgeving van het Lankheet. Daar is verder onderzoek voor nodig. Een ding staat wel vast. Wanneer het de spreeuwen te koud wordt, vliegen ze op een dag massaal definitief naar het Zuiden.

Verder kwamen er erg veel kleine zangertjes langs zoals Koolmees, Pimpelmees en Goudhaan.

De grote afwezigen waren de Houtduiven en de Kraanvogels. Volgens de Tubantia zijn er in Diepholz minder Kraanvogels en het ontbreken van oostenwind op de juiste dagen maakt dat we in het najaar geen enkele kraanvogel hebben geteld.

Doordat er afgelopen jaren enkele nieuwe tellers bij zijn gekomen staat er momenteel een mooi team aan gevarieerde tellers op de trektelpost. Het leuke hieraan is dat iedereen zijn eigen specialisme heeft waardoor er meer soorten herkend worden. Soorten als Beflijsters, Bladkoning, Waterpieper en Sneeuwgors worden nu tussen de duizenden trekvogels herkend. En dit maakt het toch iedere keer weer de moeite waard.

 

Jaarverslag trektelpost Havelandweg 2018

Dit jaar mochten we twee nieuwe trektellers verwelkomen, Floris Kouters en Bart ter Beek.

Dit jaar zijn er veel uren gemaakt op de trektelpost en er is een recordaantal aan vogels geteld.

Dit komt met name door de vele spreeuwen die we hebben gezien. (239413) Er vlogen op sommige momenten zoveel spreeuwen dat we eigenlijk geen benul hadden hoeveel het er waren. Vanaf Duitsland tot in Eibergen konden we ze zien vliegen. Soms kwamen er wel drie van deze grote groepen achter elkaar over. Het betrof linten van vier/vijf kilometer lang en tientallen meters breed. We hebben meerdere dagen deze zeer grote groepen spreeuwen gezien, daardoor ontstond de discussie of het nu echte trek of foerageertrek was. Op 27 oktober hebben het maximale aantal van 100.123 spreeuwen geschat.

Van andere trektelposten kregen we opmerkingen over deze grote aantallen omdat dit niet voorkwam in het oosten van het land. 20.000 spreeuwen was namelijk het maximum. Na 27 oktober was het echter over met de massale trek van de spreeuw. Daarmee kunnen we stellen dat het echte trek is geweest en geen foerageertrek. Later hoorden we dat er in het Lankheet duizenden spreeuwen hebben overnacht.

Ook de houtduiven trek was dit jaar om van te smullen, 163.460 in totaal en op 19 oktober 63.780 stuks.

De Euro Bird Wachting Day (19 Oktober) was dit jaar zeer succesvol met een recordaantal buizerd, nl. 325. Zie verslag Floris, Zwaalfje.

Er zijn dit jaar heel veel dagrecords gesneuveld.